Oerol Festival levert Terschelling 4,6 miljoen euro op: Directeur hoopt op extra steun

Het NUT – Goed Goud Geld | Foto: Nichon Glerum

Oerol Festival en Terschelling zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Het locatiekunstenfestival, dat jaarlijks circa 48.000 bezoekers trekt, heeft een grote economische en culturele impact op het eiland. Tegelijkertijd biedt Terschelling met zijn unieke landschap en gemeenschap de perfecte locatie en infrastructuur voor het festival.

Festival met waarde

Uit een economische waardeanalyse van Hendrik Beerda Brand Consultancy blijkt dat Oerol het eiland in 2024 een winst van 4,6 miljoen euro opleverde, bij een totale omzet van 35,6 miljoen euro. Oerol-directeur Mikey Martins benadrukt dat het festival geen commerciële organisatie is, maar een culturele organisatie zonder winstoogmerk: “We hebben veel geld nodig om het festival te organiseren, maar waar het echt om gaat is de cultuur, de ontmoeting tussen publiek en makers, onze worteling met het eiland.”

Reuring in de stille periode

In 1981 werd het festival door Joop Mulder opgericht om wat reuring te genereren in de rustige periode tussen Pinksteren en de zomervakantie. Het festival groeide en heeft Terschelling op de kaart gezet in Nederland en ver daarbuiten. Inmiddels is het op Terschelling tijdens het Oerol Festival de drukste periode van het jaar. Martins: “De veerdienst behaalt tien procent van zijn omzet gedurende het festival en hoewel Oerol voor Terschellingers een drukke periode is, wordt er door velen op het eiland goed verdiend aan het festival.”

Bezoekers geven tijdens de festivalperiode gemiddeld 940 euro uit aan accommodaties, horeca en in de winkels, waardoor de financiële impuls breed voelbaar is. Uit de economische analyse blijkt dat 77% van de festivalbezoekers graag terugkeert naar Terschelling voor een herhaalbezoek. Oerol Festival draagt daarmee significant bij aan de ontwikkeling van Terschelling als toeristische bestemming.
“Terwijl Oerol zich op verschillende manieren inzet om het festival financieel toegankelijk te houden voor een zo breed mogelijk publiek, zien we tegelijkertijd dat bijvoorbeeld huisvesting tijdens Oerol extra duur is. De prijs van festivalbandjes en tickets zijn laag in vergelijking met andere festivals en theaters, en we introduceerden in 2024 de Jopies om het festival voor jongeren betaalbaar te houden.”

Garantiefonds

In 1994, toen het voortbestaan bedreigd werd door een tekort aan financiële middelen, is door eilander ondernemers het garantiefonds opgericht. Martins is blij en dankbaar met de nog altijd voortdurende eilander steun en financiële betrokkenheid. Zo is onlangs met middelen van het garantiefonds de Loods op Kinnum aangeschaft waar theatermakers buiten de festivalperiode kunnen werken en die wij en andere lokale evenementen gebruiken als opslag. Zo heeft niet alleen Oerol er profijt van, maar de hele gemeenschap.

Tegelijkertijd hoopt hij op een nog grotere financiële betrokkenheid van het eiland, de provincie en het rijk om het festival ook in de toekomst te kunnen organiseren. Martins onderstreept het belang van verhalen en gedeelde ervaringen. “We hebben de oudere Terschellingers nodig, de mensen die zelf vrijwilliger zijn geweest en Oerol mede hebben opgebouwd, om het verhaal te vertellen,” zegt hij. Dit levende erfgoed helpt het festival om een duurzame toekomst te bouwen.

Sterk merk

Naast de economische waarde onderzocht Hendrik Beerda ook de merkkracht van Oerol, het festival staat op nummer één als sterkste theaterfestival van Nederland. In de lijst van alle festivals staat Oerol op de tiende plaats, voor onder andere het Amsterdam Dance Event, de Parade en Noorderzon.

Het succes van Oerol betekent ook verantwoordelijkheid: hoe zorg je ervoor dat het festival toegankelijk en vernieuwend blijft? Martins wil de komende jaren nog meer samenwerking opzoeken, zowel op cultureel als maatschappelijk vlak. “We moeten zorgen dat iedereen mee kan blijven doen,” stelt hij. Oerol is meer dan een festival. Het is een plek waar kunst, gemeenschap en economie samenkomen en waar de impact veel verder reikt dan de tien festivaldagen zelf.